Catchy nickname heb je nu...

Documentaire over Mike Disfarmer.
Mike Disfarmer (1884-1959) was een portretfotograaf uit het Zuiden van de Verenigde Staten. Vanaf de Eerste Wereldoorlog tot aan de vroege jaren vijftig fotografeerde hij in het kleine bergdorpje Heber Springs eenvoudige mensen van het Amerikaanse platteland.
Mike Myer eigenlijk. Van Duitse (boeren)komaf. Maar liet zijn achternaam veranderen in 'Disfarmer' ('geen boer') en hing het sterke verhaal op dat hij als kind door een tornado op was gepikt en zo in de tuin van de Meyers terecht was gekomen... had overigens wel de goede smaak om met zijn naamsverandering te wachten tot zijn moeder was overleden.
Een beetje de dorpsgek van Heber Springs, Arkansas. Waar de mensen op zaterdag op hun paasbest van heinde en verre naartoe trokken om voor 25 dollarcent hun portret te laten nemen. Zonder enige opsmuk aan achtergrond en attributen werden ze neergezet voor, of een zwart scherm, of een wit scherm aaneen geplakt met -zo het zich laat aanzien- repen zwart tape en kregen van Disfarmer een pakket aan instructies mee. Gezien de vrij lange sluitertijd mocht er niet bewogen worden, niet met de ogen knipperen en om de aandacht van de kinderen te trekken, gebruikte hij een schelle bel waarvan ze zich halfdood schrokken.
De ongemakkelijkheid van combinatie: setje instructies, rare kwast en uiteraard desbetreffende periode (de jaren van de Grote Depressie) valt van de gezichten af te lezen en leverde werkelijk prachtig indringende, maar bovenal grimmig échte en eerlijke portretten op.
Mijn voorkeur gaat overigens wel uit naar de portretten met zwarte achtergrond, die met zwart tape opgedeelde witte vlakken, werd in de documentaire vergeleken met de bekende abstracte werken van Mondriaan, maar dat vind ik met permissie een beetje bullshit. Die andere portretten vind ik, door de egaal zwarte achtergrond, iets meer zeggingskracht hebben.
Maar mooi zijn ze. Mooi van geportretteerde lelijkheid vaak als ik zo oneerbiedig mag zijn.
Heel echt, heel puur. Disfarmer.
Destijds 25 dollarcent om je portret te laten nemen (voor 50 dollarcent had je ook het glasplaatnegatief) Nu kan een Disfarmer-foto vijfentwintigduizend dollar opbrengen.
Niet gek voor een dorpsgek.
Aanrader.